De honderd kilometer tussen Illian en de havenstad Ostan was voor de revoultie waarschijnlijk de drukste en best onderhouden weg van heel het continent geweest. Kaemlin voerde voornamelijk graan en olie uit naar Lannar en kreeg wijn en wapens in ruil. Doordat het zo belangrijk was voor de handel, werd de route tussen Illian en Ostan simpelweg de Weg genoemd. De wapens en wijn van Lannar hadden echter tot gevolg dat er geregeld onrust uitbrak in de havenstad, wanneer een groep zeelui of voermannen, die de wijn zonder belasting konden kopen, zichzelf opjutte en paar kisten met wapens aansloegen. Het waren geen revoluties – ze waren de dag erna meestal zelf vergeten waarom ze het nu weer hadden gedaan en waarom ze geëxecuteerd gingen worden – maar het verstoorde de vlotte handel. Na een aantal van zulke incidenten probeerde Westin de Onderhandelaar de wijn duurder te maken, wat enkel tot gevolg had dat de matrozen en voermannen de handen in elkaar sloegen en nu ook nuchter de wapens ter hand namen. Drie dagen later stond de koning zelf met tweeduizend soldaten op het marktplein van Ostan met de leider van de opstand op de knieën voor hem. Zijn naam was Leland Vurkas. Hij was de eerste stuurman op een van de grotere schepen en iets eloquenter dan de meeste matrozen. Op het moment dat Westin hem ter verantwoording riep, glimlachte hij en zei “U hebt ons nodig, en wij willen onze wijn. Als onderhandelaar kan u dit compromis zeker aanvaarden.”
De koning glimlachte ook, maar voor hij antwoordde haalde hij een simpele dolk, zonder enige versieringen, van onder zijn mantel. “Onderhandelingen zijn tussen gelijken. Wij zijn geen gelijken.” Met die woorden stak hij de dolk tussen de derde en vierde rib van de verbouwereerde stuurman. Hij haalde een witte zakdoek uit zijn mouw om de dolk af te vegen en draaide zich om naar zijn kapitein. “Executeer er nog zes anderen, drie matrozen en drie arbeiders. De rest mag terug aan het werk.”
“Sire?”
“Dan selecteer je duizend soldaten die zich bewezen hebben en die bevelen opvolgen. Alle bevelen. Als mijn onderdanen zichzelf niet in de hand kunnen houden, zullen wij dat doen.”
woensdag, mei 02, 2007
Hoofdstuk Drie
Wel, dit wordt weer het laatste deel voor even; misschien komen er later nog vervolgjes, maar wees gerust, ondertussen zal u nog wel genoeg gezever krijgen over mijn dagelijks leven.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten