zaterdag, december 11, 2004

I'm my bestest friend

Toen ik vandaag door de Egokatern van 'De Morgen' was aan het bladeren, heb ik voor het eerst de column van dat Nederlandse sletje volledig gelezen. Dit is trouwens niet grof bedoeld, want ze heeft zelf gezegd 'ik ben een slet en ik ben er trots op' (of iets in die trant), dus ik accepteer slechts haar geuzennaam. Maar soit, het feit dat ze een jongen die met haar teddybeer haar borsten had betutteld het bed heeft uitgejaagd is begrijpelijk, maar interesseert mij eerlijk gezegd niet en getuigt van een openheid ten aanzien van de hele wereld die ik niet nodig vind.

Als inleiding kan dat tellen.

Het hoofdartikel ging over ingebeelde vriendjes en over hoe die de emotionele ontwikkeling bevorderen. Ouders hoeven dus niet ongerust te zijn (fat chance). Maar voor één keer wil ik Ego wel gelijk geven. Ik heb in zekere zin ook een imaginaire vriend (jaja, over de imaginaire vriendin zijn we het allemaal al langer eens), zei het dan niet iemand met knopen als ogen die ik consequent 'Danny' noem.
Neen, mijn steun en toeverlaat in de harde wereld ben ikzelf. Deze entiteit - ik zal hem ik-bis noemen - is zeer rationeel en kan enkel door slaaptekort of intoxicatie uitgeschakeld worden, hoewel hij zelfs dan op de achtergrond aanwezig blijft denk ik, aangezien ik nog nooit stomme dingen heb gedaan in welke toestand dan ook (wel, goed, dat is ook weer een leugen, maar een veralgemening op z'n tijd leidt zelden tot spijt). Ook als ik mij verveel weet hij altijd een discussie op gang te trekken die genoeg entertainmentwaarde bevat om mij niet luid en genant te doen zuchten.
Ook behelst hij mijn zelfdiscipline, waardoor het jammer is dat ik me zelden verplicht voel naar hem te luisteren.

Ik ga er vanuit dat het artikel eindigt met te zeggen dat de kinderen hun imaginaire vriendjes op een bepaalde leeftijd loslaten (Ego vindt zelden iets nieuws, ze recycleren vooral); maar aangezien ik betwijfel dat twee mensen ooit perféct bij elkaar kunnen passen (als vrienden, als minnaars of als wat dan ook), blijf ik bij mij letterlijke wederhelft, wiens lotgevallen zo nauw met de mijne samenhangen, dat je haast van eenzelfde persoon kan spreken.


ps: het trutje is vershwunden (pardon my french); victorie van de ratio?

Geen opmerkingen: