woensdag, mei 31, 2006

All is well that ends well

Het vervolg van de Sf zonder titel zal nog even op zich moeten laten wachten, daar ik het nog moet verzinnen en neerschrijven en er andere, iets belangrijkere dingen mijn leven beheersen momenteel. Herinnert u zich echter nog de mail die mijn vader naar aanleiding van onze 'gestolen' auto had rondgestuurd? Well, for your entertainment, ladies and gentlemen, I am proud to present: the Stolen Car pt. II, 'Zie hem daar staan met z'n nieuwe nummerplaat'.

Beste mensen
Vooreerst mijn excuses aan de mafia, wiens goede naam ik onterecht in opspraak heb proberen te brengen. En mijn excuses aan de politie, die zo hard heeft moeten typen op hun gammele pc's, en seinen, en ontseinen, en verhoren, en afschriften maken, en een nummerplaat schrappen, en achter onbestaande boeven hollen. En mijn excuses aan jullie allemaal voor het aantrekken van emoties rond een prulle-incident.
Natuurlijk was de Xsara niet gestolen. Wie steelt nu zoiets, tegelijk goed beveiligd en niet echt interessant op boevenmarkt. En naderhand is de ontknoping vanzelfsprekend. Alleen, niemand vond hem, en het e-mailtje heeft gewerkt. Folker heeft het op z'n weblog geplaatst. Na drie dagen kwam het verlossend telefoontje. Nick Hastir - hij is de ware held van deze geschiedenis - in een gebald moment van trefzekere communicatie, Baden Powelliaanse goede daden, medeleven en argeloze alertheid signaleerde de auto in de schaduw van de zigurat van een Franse multinational aan de overkant van de Amerikalei. De Xsara is daar achtergelaten in een moment dat herinnering, nacht, sfeer, universum samen met de dauw neerslaan in wazigheid. Geen wonder dat niemand zich nog iets kon herinneren, laat staan die herinnering beredeneren.
Het loeder heeft zich daar drie dagen gedeisd gehouden en niet gemoefd. Het heeft verse verzekeringspapieren, een nieuwe nummerplaat, een nieuw inschrijvingsbewijs, een verse bewonerskaart gekregen, en staat nu nog te blinken in de straat ook! Zo waren auto's vroeger toch niet, of vergis ik mij? Ik heb hem niet streng toegesproken, want dat zou zich tegen mij keren. Maar ik hou hem wel beter in de gaten sindsdien.
De zoen van de week gaat evenwel naar venetiaans blonde hulpagente met de milde sproeten. Zij was geflankeerd door twee ijverige parkeerwachters. Toen ik haar het relaas deed van mijn zoektocht door de sector - meteen haar sector - drukte zij met haar sterk met kohl aangezette ogen het medeleven uit dat ik toen nodig had, en dat door de kohlrandje eigenlijk beter werkte dan bij een gewoon flets opgemaakte hulpagentenblik. Het lijkt onbenullig, maar zoiets maakte alles toen veel draaglijker. Zo zie je maar!
Hier past dan ook een nadrukkelijke knipoog
Herman

2 opmerkingen:

Anoniem zei

Heb ik dan eindelijk m'n plekje in de hemel verdiend?

Folkertje zei

Natuurlijk, mijn zoon, tussen alle met bier doordrenkte maagden die je maar wil.